Deze (buiten)gewone moeder zet Polen op zijn kop
Onder deze titel schrijft Pieter Stockmans op MO*.be over de protesten in Polen die aandacht vragen voor de positie van gehandicapten. Met zijn instemming kunnen we een deel overnemen. Eerder haalden we zijn artikel aan over de protesten in het onderwijs.
‘Dag 9: 22 mei 2019. Laatste voorbereidingen. Ons grootste spandoek is vijf meter lang. De slogan: Voor de waardigheid van personen met een handicap. Jakub’s been ligt in het gips. Maar dat zal hem niet stoppen. Hij zal alles geven morgen. En ik ook. We hopen dat de premier ons zal ontvangen.’
Dat schrijft Iwona Hartwich op haar blog in de grootste onafhankelijke krant Gazeta Wyborcza in de aanloop naar een langverwacht burgerprotest. Op dit moment verzamelen demonstranten voor het presidentiële paleis in Warschau. Deze keer geen activisten, maar gewone moeders. Moeders van personen met een handicap.
De vele burgerprotesten voor de rechten van afzonderlijke groepen groeiden de afgelopen jaren in Polen uit tot nationale betogingen tegen de autoritaire regering. Ook dit “gehandicaptenprotest” is iconisch geworden. Honderdduizenden Polen hebben maandenlang naar dit protest toegeleefd.
Hartwich trok samen met andere ouders en hun gehandicapte kinderen, gewapend met rolstoelen en spandoeken, het parlement in Warschau binnen. Daar bleven ze veertig dagen.
Het komt niet uit de lucht vallen. Hartwich vecht al sinds 2009 tegen de bierkaai, voor een betere sociale steun voor personen met een handicap. En dat doet ze met radicale methodes. Niet zo veel mensen hebben het lef om de sacrale plaatsen van de macht in te nemen en zich op te dringen aan de politieke leiders. Hartwich deed het.
In 2014 trok ze, na vijf jaar actievoeren zonder resultaat, samen met andere ouders en hun gehandicapte kinderen gewapend met rolstoelen en spandoeken het parlement in Warschau binnen.
Ze zouden niet vertrekken voor ze een verhoging van hun sociale uitkering hadden gekregen. Die ligt in Polen onder het bestaansminimum.
De actie bombardeerde Hartwich tot nationale bekendheid en trok de aandacht van de hele Poolse samenleving op het lot van personen met een handicap.
Ze deed de parlementsbezetting nog eens fijntjes over in 2018 en die keer ging het er harder aan toe, onder de regering van Recht en Rechtvaardigheid (PiS). De bezetting duurde toen veertig dagen.
Hartwich werd een symbool van de strijd voor de waardigheid van de zwaksten in de samenleving. Wat haar het mikpunt van zowel bewondering als haat maakt, is dat ze het ware gezicht van een partij onthult die zich profileert als sociaal.
Het leverde haar in 2018 de award “Supervrouw van het jaar” op van het bekendste vrouwenblad van Polen.
De brede erkenning die Hartwich te beurt valt – opkomen voor de zwaksten valt ook bij de achterban van PiS in goede aarde – maakt regeringspartij PiS zenuwachtig. Ze was dan ook het voorwerp van persoonlijke aanvallen van premier, president, Kamervoorzitter en vele andere hooggeplaatste PiS-politici.
De meest gevreesde tegenstander van PiS? Je zou het haar niet nageven als je haar in de keuken de soep ziet klaarmaken voor haar vijfentwintigjarige zoon Jakub. Want Hartwich is eerst en vooral dit gebleven: een gewone Poolse moeder gedreven door liefde voor haar zoon. Jakub is zwaar gehandicapt en zit in een rolstoel.
Iwona Hartwich: Veel mensen begrijpen niet dat ik een gewone moeder ben die zorgt voor een zwaar gehandicapte zoon. Als ze me op de grote podia en in die bekende bladen zien staan, denken ze dat ik een activist ben bij een organisatie. Maar ik beweer niet de leider te zijn van een beweging. Ik vertegenwoordig alleen mezelf en mijn zoon.
‘Ik ben een gewone moeder. Maar geen enkele regering heeft de situatie van personen met een handicap verbeterd zonder dat we daar zélf voor vochten.’
Wat ik weet, is dat ik mijn job moest opgeven om voor Jakub te zorgen. Daardoor halveerde het inkomen van ons gezin. We kregen een uitkering van 100 euro en zelfs die pakte de overheid ons af omdat we juist boven de maximum inkomensgrens uitkwamen. Toen was voor mij de maat vol. Ik kon het niet meer aan.
Ons eerste protest in 2009, voor het gebouw van de toenmalige premier Donald Tusk, was echt een wanhoopsdaad. En tien jaar later ben ik nog altijd aan het vechten.
Waarvoor strijden jullie?
Iwona Hartwich: Al tien jaar eisen wij menswaardige leefomstandigheden, een verhoging van de sociale uitkering tot boven het bestaansminimum, de afschaffing van het maximum inkomen om er recht op te hebben, de terugbetaling van zorgproducten, geneesmiddelen en revalidatieverblijven, en de invoering van een gratis sociaal werker in de woonplaats. Allemaal zaken die in andere Europese landen al bestaan.
De sociale uitkering die Jakub krijgt, bedraagt 217 euro. We noemen dat hongergeld. Maar het gaat ons niet alleen om geld. Het gaat erom mensen te zien in hun waardigheid en autonomie. Ik wil niet dat Jakub zijn hele leven opgesloten blijft tussen vier muren. Ik wil dat hij zijn leven met waardigheid kan uitbouwen.
In Polen hebben personen met een handicap geen thuisbegeleider. Daarom moeten ouders hun job opgeven om voor hen te zorgen. Wat vaak leidt tot armoede. Wij vragen dat elke persoon met een handicap een sociaal werker krijgt toegewezen. Dan zou Jakub een job kunnen uitoefenen met een eigen inkomen.
Waarom heb je opgeroepen tot de demonstratie van 23 mei?
Het antwoord op deze vraag, en het verhaal achter de foto boven dit bericht, krijgt u door verder te lezen op MO*.